Wat hoor ik toch veel verontrustende berichten over de lerarenopleidingen de laatste tijd. Hier worden de mensen opgeleid die onze kinderen moeten voorbereiden op de toekomst, maar veel opleidingen maken er schijnbaar een rommeltje van. Vervelend als je als student niet goed wordt voorbereid op de belangrijke taak die je moet gaan vervullen. Het lijkt me frustrerend als je vol passie begint aan een opleiding en vervolgens in de praktijk merkt dat je niet over de juiste kennis en vaardigheden beschikt. Dit gebeurde Mark van der Werf. Hij heeft zijn baan als journalist opgezegd om leerkracht te kunnen worden. Maar op de pabo krijgt hij niet aangereikt wat hij nodig heeft in de dagelijkse praktijk van zijn stageschool. In plaats daarvan moet hij eindeloos veel reflectieverslagen schrijven.
In zijn boek Meester Mark draait door omschrijft hij het als volgt: ‘Geen moment heb ik het gevoel dat ik op de pabo een betere leerkracht word. Al lever je broddelwerk in en bak je er nik van voor de klas, zolang je erop los leutert, krijg je vanzelf een voldoende.’ Ik schrik van dit soort verhalen. Mark van der Werf is een hoogopgeleide man die we prima kunnen gebruiken in het onderwijs. Na een jaar op de pabo is alle passie weg en heeft hij zoveel negatieve ervaringen opgedaan dat hij er de brui aan geeft. Hij is nu weer journalist. In Vrij Nederland van 3 december 2014 vertelt Aafke Romeijn dat ze na haar opleiding tot neerlandicus de lerarenopleiding doet. Ook hier komen de reflectieverslagen weer aan de orde: ‘Eindeloze portfolio’s, zelfreflectieverslagen, huilende studenten en overspannen leraren. De lerarenopleidingen zoals deze er nu bijliggen zijn op sterven na dood en happen naar adem als een vis op het droge.’ Een vriendin van mij heeft een goede baan als onderwijskundige, maar zocht meer zingeving. Ze zegde haar baan gedeeltelijk op en startte met de pabo. Als onderwijskundige weet ze alles van leergangen en didactiek. Toen bleek dat de pabo geen duidelijk overzicht van de leergang kon geven, raakte ze ongerust. Na een maand chaos en onduidelijkheden is ze gestopt. Liesbeth Hermans schrijft in haar boek B.S. De Maalstroom dat een beginnende leerkracht tegenwoordig onvoldoende basiskennis heeft. ‘Oudere leerkrachten hebben vroeger gewoon op de P.A. meegekregen wat nu wordt aangeboden in de nascholingscursussen.’ Hermans schreef jarenlang columns in het CNV Schooljournaal, maar werkt inmiddels niet meer in het onderwijs. Het is zonde dat goede mensen het onderwijs verlaten en dat veelbelovende zij-instromers vroegtijdig stoppen. Hoe kan het dat bevlogen mensen afknappen op het mooie vak van leerkracht?
Als onderwijsadviseur geef ik nascholing aan schoolteams op het gebied van taal en rekenen. Vaak schuiven ook de stagiaires hierbij aan. Ik vraag hun altijd om met het team te delen wat ze op de pabo hebben geleerd over het onderwerp dat centraal staat: nieuwe inzichten, recente onderzoeken. Ze moeten dan meestal het antwoord schuldig blijven. Na afloop van een training komen ze vaak een praatje maken. Ze vertellen me dat ze graag meer aandacht zouden zien voor deze inhoudelijke onderwerpen, maar dat hiervoor op hun opleidingen geen ruimte is. Ik leef oprecht met ze mee. Studenten die na afloop van een training bij je komen. Ook de vermaarde Nieuw-Zeelandse wetenschapper John Hattie beschrijft dit in zijn boek Visible Learning: ‘Studenten worden op de lerarenopleiding geïndoctrineerd met het mantra dat constructivisme goed is en directe instructie slecht.’ Ze leren dus hun eigen leren te construeren, maar krijgen hiervoor niet de bouwstenen aangereikt. Ze moeten reflecteren zonder dat ze vakkennis bezitten. Hattie schrijft dat studenten boos zijn dat ze op de opleiding niet leren wat echt werkt, wat bewezen effectief is. De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen formuleert in haar rapport ‘Rekenonderwijs op de basisschool’ in hoofdconclusie 3: ‘De opleiding en nascholing van de leraar zijn in ernstige mate geërodeerd. Het Ministerie van OCW dient de pabo-opleiding aan een grondig onderzoek te onderwerpen.’
Genoeg. De bevindingen van wetenschappers als John Hattie en de knappe koppen van het KNAW in combinatie met de ervaringen van onderwijsmensen, maken dat ik me zorgen maak. Maar wat is de oplossing? Het antwoord wordt door dezelfde mensen gegeven. Focus op de kern: didactiek, pedagogiek, orde houden en niet te veel vakken. Of zoals staatssecretaris Sander Dekker het verwoordt in Vrij Nederland van 19 november 2014: ‘Kom in actie! Zeg: ik wil mijn tijd besteden aan de kinderen. Zeg dat op school tegen je collega’s, tegen je baas.’ Hij zei dat over de grote hoeveelheid taken in het basisonderwijs, maar geldt niet hetzelfde voor de pabo? Dus studenten, kom in actie! Ik weet zeker dat er docenten zijn die jullie steunen.
Geplaatst op 3 februari 2015
Bekijk hier het complete blogoverzicht