Make it a rule never to give a child a book you would not read yourself.
– George Bernard Shaw
Toen ik in 1980 naar de toenmalige Pedagogische Academie ging, kreeg ik al snel een lesopdracht voor een hele klas. Ik moest een (Bijbel)verhaal voorlezen.
Dat was doodeng. Ik raffelde het verhaal in ruim anderhalve minuut af. Dat weet ik omdat mijn, onprettige, mentor een stopwatch hanteerde. Bij mijn eerste les …
Nu zijn we 40 jaar verder en het is met mijn voorleeskunsten meer dan goed gekomen. Ik ben inmiddels (professioneel) voorlezer en ook in de klas lees ik graag en veelvuldig voor. Maar daar zijn jaren schaven en verbeteren aan voorafgegaan. We weten inmiddels dat voorlezen een belangrijke bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling van taal.
Uit Engels onderzoek is onder meer gebleken dat:
– het in een rap tempo (dus niet uitsmeren over weken) voorlezen van complexe romans veel effect heeft op het begrijpen van teksten. Zo kunnen kinderen het geheel overzien en actief blijven;
– het effect groter is als je de verhaaldelen met elkaar verbindt en als je voorkennis activeert, of een instructie vooraf geeft over het onderwerp;
– het effect het grootst is als de leerkracht voorleest en niet de kinderen;
– het goed is om ingewikkelde verhaallijnen te visualiseren;
– ook de schrijfvaardigheid omhooggaat.
Als je voorleest maken de kinderen kennis met teksten die ze nooit zelf gelezen zouden hebben.
Kinderen pakken vaak teksten over onderwerpen die ze interessant vinden. Dat is niet erg, maar er is meer. Als je voorleest maken de kinderen kennis met teksten die ze nooit zelf gelezen zouden hebben. Het verbreedt letterlijk hun horizon. Deze teksten mogen ook op een hoger niveau zijn dan hun technisch leesniveau. Ze zijn vaak nog erg bezig met technisch lezen en die ‘ballast’ valt weg als ze voorgelezen worden. Jij en het verhaal … meer niet.
Maar er is meer. In het AOB Onderwijsblad van juni 2021 (‘De puber heeft een voorlezende docent nodig’ – Michiel van Nieuwstadt) lezen we over het onderzoek van Ivey en Broaddus, uit 2001. Ook zij constateerden dat de gunstige effecten van voorlezen aan jonge kinderen groot zijn. De kinderen krijgen achtergrondkennis over een veelvoud aan onderwerpen, ze ontwikkelen hun woordenschat, maken kennis met verhaalstructuren en zien aan jouw voorbeeldgedrag dat lezen een leuke activiteit is. Er zijn aanwijzingen dat deze voordelen ook voor oudere kinderen opgaan.
We moeten ook het sociale aspect niet onderschatten. Je ondergaat met elkaar hetzelfde verhaal. Iedereen leeft mee met een hoofdpersoon die ingrijpende dingen meemaakt. Dat schept een onderlinge band. Ik kom geregeld terug op een anekdote of gebeurtenis uit het voorleesboek. De kinderen herkennen het en kunnen het steeds beter plaatsen.
Soms gaan mijn eigen emoties ook een beetje met mij op de loop. Als Akkie doodgaat in Achtste groepers huilen niet kun je dat aan mij horen.
Het is mijn overtuiging dat deze voorlevende functie van voorlezen meer invloed kan hebben dan een lesje sociale vorming uit een oefeningenmap.
Iedereen leeft mee met een hoofdpersoon die ingrijpende dingen meemaakt. Dat schept een onderlinge band.
In de loop der jaren heb ik een heleboel geleerd over voorlezen. Ik deel die tips graag.
1. Een prettige stem is fijn, maar niet doorslaggevend. Zorg dat je stem niet afleidt.
2. Wees niet te theatraal, maar wel enthousiast. Het verhaal doet het werk, niet jij.
3. Zorg voor contact met het publiek door ze aan te kijken.
4. Zorg dat je voorleesstijl past bij je verhaal. Een verhaal over een oorlogsgebeurtenis klinkt anders dan een verhaal over een carnavalsfeest.
5. Tempo. Geef het publiek de tijd om het verhaal te verwerken. Zij kennen het verhaal nog niet en kunnen niet even terugbladeren.
6. Gebruik spaarzaam stemmetjes. Een goede voorlezer is onzichtbaar. Zoals gezegd; het verhaal doet het werk.
7. Gebruik je handen. Zelfs al ziet men het niet, het is te horen.
8. Verander stem en intonatie subtiel bij gebeurtenissen. Durf stiltes te laten vallen.
9. Maak een ‘testrit’. Sommigen boeken/verhalen lezen best lekker, maar zijn ongeschikt om voor te lezen.
10. Gebruik interpunctie als steun. De schrijver heeft de leestekens niet voor niets gebruikt.
11. Lees eens onvoorbereid voor. Een oefening in spontaniteit.
12. Neem je eigen stem eens op als je voorleest en luister het dan terug. Je hoort of je de nadruk en de focus goed plaatst. En je went aan je eigen stem.
13. Voorlezen aan volwassenen is anders dan aan kinderen. Probeer maar. Je krijgt er een divers in te zetten stem van.
14. Een glimlach op je gezicht is ook te horen.
15. Houd een prentenboek geregeld stil als je het boek laat zien. In de vloeiende beweging zien de kinderen niet alles.
16. Lees boeken voor die je zelf ook leuk vindt.
17. Interactief voorlezen klinkt leuk. Maar laat ook het verhaal eens stromend zijn werk doen zonder onderbrekingen.
18. Lees zelf ook een boek tijdens de dagelijkse stilleesmomenten in je groep. De kinderen zien dat lezen leuk is, dat volwassenen plezier kunnen hebben aan een boek en maken kennis met boeken buiten hun wereld. Soms bespreek ik de boeken ook met de kinderen en lees ik er een stukje uit voor.
Eigenlijk vragen we veel van de kinderen als we voorlezen. Ze horen voor de eerste keer een tekst en moeten deze meteen begrijpen en duiden. Even terugbladeren gaat niet. Soms wordt er taalgebruik gehanteerd dat ver van hun eigen thuistaal afstaat. Dat is hard werken. Neem derhalve de tijd voor ‘slow teaching’.
Een glimlach op je gezicht is ook te horen.
Een leestip voor in de vakantie ter afronding:
Een prachtige roman over de kunst van het voorlezen is De lessen van Meneer Picquier van Mark Roger. Het meeslepende verhaal over een oudere man die eigenaar was van een boekhandel. Eenmaal in een verzorgingstehuis ontmoet hij Grégoire, een begenadigd voorlezer. Een mooi verhaal vol tips voor voorlezers.
Lees voor en leef voor.
Open werelden.
Door: Bertus Meijer
Gepubliceerd op 20 juli 2021
Verder lezen?