Ben je nieuwsgierig naar wat jij kunt doen om de motivatie van leerlingen te vergroten? Dit artikel geeft je een inspirerend voorbeeld en concrete tips.
Motivatie is en blijft een hot topic in het voortgezet onderwijs. Docenten geven aan dat ze hard moeten werken om leerlingen aan het leren te krijgen. Dit frustreert, niet alleen omdat het veel energie vraagt, maar ook omdat docenten het gevoel hebben dat leerlingen niet hun volle potentie benutten.
Drie basisbehoeften
Als docent heb je zeker invloed op de motivatie van leerlingen. Ook al moet een leerling uiteindelijk altijd zichzelf motiveren, je kunt een omgeving creëren waarin de kans groot is dat de leerling gemotiveerd raakt. Dit doe je door tegemoet te komen aan drie basisbehoeften die ieder mens heeft: de behoefte aan autonomie, competentie en verbondenheid (Deci & Ryan, 2008).
Autonomie is het gevoel regie en zeggenschap te hebben over wat je doet. Competentie is het gevoel goed te zijn in wat je doet en je te kunnen ontwikkelen. En verbondenheid is het gevoel een goede relatie te hebben met anderen: medeleerlingen en docenten. Onderzoek laat zien dat wanneer je als docent deze behoeften consequent en over een langere periode ondersteunt, de motivatie van leerlingen toeneemt (Stroet, 2014).
In gesprek met docent Martijn van Vugt
Martijn van Vugt is docent Engels op het Stedelijk Gymnasium Breda en beleeft veel plezier aan het lesgeven en begeleiden van zijn leerlingen. Uit leerlingtevredenheidsonderzoek komt naar voren dat leerlingen voor zijn vak goed gemotiveerd zijn. In een gesprek vertelt hij me wat hij daarvoor doet.
Wat werkt goed voor jou?
Martijn: ‘Wat helpt, is dat ik veel duidelijkheid geef. Aan het begin van het schooljaar laat ik zien wat de leerlingen gaan leren aan de hand van een jaarplanner met leerdoelen. Voor een periode van telkens drie weken maak ik een studiewijzer, zodat iedere leerling weet wat er van hem verwacht wordt. In de studiewijzer staat wat er voor alle vaardigheden – grammatica, luistervaardigheid en dergelijke – moet gebeuren om de leerdoelen te behalen. Verder verwijst de studiewijzer naar artikelen en oefeningen die digitaal te vinden zijn.’
‘In de loop van het jaar laat ik met behulp van behaalde cijfers en diagnostische toetsen zien hoe de leerlingen op de verschillende vaardigheden vooruitgang hebben geboekt. Ik stel hun vragen als: Hoe is het gegaan in de afgelopen periode? Wat heb je geleerd? Hoe beviel je aanpak? Wat hielp bij het leren? Dit geeft hun een idee van wat ze inmiddels voldoende beheersen en waaraan ze nog extra aandacht kunnen besteden. In de weken die volgen, zoomen ze juist daarop in. Zo nemen ze zelf verantwoordelijkheid om de taal nog beter te beheersen.’
‘Daarnaast geef ik leerlingen juist veel vrijheid om binnen de periode van een aantal weken zelf te bepalen met welke stof ze beginnen, welke volgorde ze hanteren en waaraan ze extra aandacht willen besteden. Deze keuzevrijheid, het eigen tempo waarin ze mogen werken en de verantwoordelijkheid die ze krijgen, waarderen leerlingen.’
Dat klinkt als een mooie combinatie van autonomie geven en aandacht geven aan competentie. Zijn er nog andere zaken die je doet?
‘Ik denk dat de motivatie van mijn leerlingen ook voor een deel zit in de manier waarop ik mijn lessen inricht. Klassikale uitleg houd ik kort of geef ik in kleine groepjes. Ik loop rond en ondersteun waar nodig, waardoor ik zicht heb op het niveau en de voortgang. Bijkomend voordeel van zo’n actieve les is dat leerlingen weinig huiswerk hebben. Naast de reguliere lesmethode maak ik gebruik van actuele artikelen, video’s en blogs en zet ik smartphones in tijdens de les. Het brede aanbod zorgt ervoor dat de leerlingen op verschillende manieren kennis en vaardigheden onder de knie kunnen krijgen.’
Hoe lukt het jou om op deze manier les te geven?
‘Ik denk doordat ik vertrouwen in leerlingen stel en laat merken dat ik wil dat ze het goed doen. Ik doe moeite om een band met hen op te bouwen, door vragen te stellen, te weten wat er bij hen speelt en wat hen interesseert, en daarop terug te komen. Ik vind het leuk om technologie te benutten in mijn lessen en dat sluit aan bij hun wereld. Daarin vinden we elkaar dus ook.’
‘Door hun voortgang goed te kennen, weet ik bovendien wat hen verder kan helpen. Die nadruk op de eigen ontwikkeling maakt dat leerlingen leren zich niet met anderen te vergelijken, maar alleen naar zichzelf te kijken. Ik denk dat leerlingen zich hierdoor gezien voelen. Er is op die manier ook weinig afgunst of competitie. Door deze betrokkenheid en verbondenheid is een goede werksfeer eigenlijk een heel logisch gevolg. Het helpt natuurlijk ook dat leerlingen graag goed Engels leren spreken.’
Welke overwegingen hebben een rol gespeeld om zo les te gaan geven?
‘Naast kennis overdragen hecht ik belang aan de algehele vorming van mijn leerlingen. Door mijn aanpak zijn er vaak enkele leerlingen aan het werk in de mediatheek, wat hen helpt in hun zelfstandigheid. Andere leerlingen werken samen en helpen elkaar. Op deze manier werken levert me meer tijd op om leerlingen individueel te helpen of aan te moedigen. En het mooie is dat met elkaar in de klas Macbeth lezen vervolgens prima gaat. Dan is er aandacht, omdat leerlingen weten dat ze de weken erna weer in hun eigen tempo en volgens hun eigen aanpak mogen werken.’
Je geeft aan je te willen blijven bekwamen en nieuwe dingen uit te willen proberen. Waar ben je dit schooljaar mee bezig?
‘Ik neem samen met vier collega’s deel aan het Motivatielab: een viertal bijeenkomsten waarin docenten van vijf scholen kennis en ervaring uitwisselen op het gebied van het motiveren van leerlingen. Tussen de bijeenkomsten door proberen we dingen uit in onze eigen lespraktijk.
Ik ben aan verschillende experimenten begonnen.’
‘In klas 3 en 4 bijvoorbeeld probeer ik een stapje verder te gaan wat betreft het zelfstandig werken met studieplanners. De leerlingen hebben deze week zelf hun studieplanners gemaakt, in plaats van dat ik het voor hen deed. Ik heb van tevoren duidelijk uitgelegd waarom het belangrijk is om zelfstandig te worden en te leren plannen en organiseren. Daar gingen ze heel actief mee aan de slag! Ik heb dus laten zien wát er moest gebeuren; dat ze zelf aan de slag gingen in een template dat ik heb aangereikt. Mocht ik eens wat anders willen doen in de les, dan vraag ik eerst of dat niet hun planning in de war brengt.’
‘In mijn zesde klassen heb ik met de flipping the classroom-methode gewerkt. Ik heb de leerlingen vóór de lessen een stuk literatuur – bijvoorbeeld een verhaal of gedicht – laten lezen, waar zij mij vervolgens hun vragen over hebben gemaild. Mijn lessen bestonden volledig uit het beantwoorden van de vragen die zij over de stof hadden. Dat beviel erg goed: de betrokkenheid bij de les was groter en ik kon meer de diepte in.’
‘Het spannendste experiment heb ik in twee vijfde klassen gedaan. Ik heb aangekondigd dat ze voor hun toets over Shakespeare sowieso een acht krijgen. Door de druk weg te nemen om een goed cijfer te halen, verwacht ik dat de leerlingen met meer plezier en ontspanning in de lessen met Shakespeare bezig zijn. De aanpak van dirigent Benjamin Zander inspireerde mij hiervoor. Ik heb ze een brief laten schrijven, gedateerd eind maart 2018, waarin ze me bedanken voor de acht of hoger, uitleggen wat ze hebben gedaan om die te verdienen en hoe ik hen heb geholpen. Hierdoor hebben zij nagedacht over wat ze nodig hebben om daar te komen en weet ik dus nu al hoe ik hen kan helpen. Hoe dit experiment gaat aflopen weet ik nog niet. Voor mij heeft het zijn waarde al bewezen, omdat ik de leerlingen met dit experiment een nieuwe kijk op leren en ontwikkelen heb gegeven.’
Meer weten over motivatie?
• Het filmpje How to give an A van Benjamin Zander laat zien hoe je leerlingen kunt motiveren het beste uit zichzelf te halen.
• Daniel Pink vertelt in zijn TED-talk over wat mensen beweegt.
• Ons boek Waarderend leren in het voortgezet onderwijs biedt compacte theorie en allerlei werkvormen om motivatie, talenten en groei te versterken op school. Kijk voor een indruk op www.waarderend-leren.nl.
• In het artikel Zo versterk je de motivatie van leerlingen op school vind je een set concrete aanbevelingen die we op basis van een motivatieonderzoek geformuleerd hebben.
Literatuur
• Deci, E. L., & Ryan, R. M. (2008). Facilitating optimal motivation and psychological well-being across life’s domains. Canadian Psychology, 49(1), 14–23. https://doi.org/10.1037/0708-5591.49.1.14
• Stroet, K. (2014). Studying motivation in classrooms: effects of teaching practices on early adolescents’ motivation (proefschrift). Rijksuniversiteit Groningen, Groningen.
Dit artikel is geschreven door Annechien van Buurt van Take a Step, in samenwerking met Martijn van Vugt. Take a Step helpt scholen om het beste in leerlingen en docenten naar boven te halen. De positieve psychologie is daarbij ons uitgangspunt. Meer informatie: www.takeastep.nl.
Annechien van Buurt: annechien@takeastep.nl
Martijn van Vugt: vugt@gymnasiumbreda.nl
Verder lezen?