Ik ben iemand die altijd alles graag wil weten en begrijpen. Daardoor ben ik van nature een twijfelaar en zoek ik de nuances. Waarschijnlijk voel ik me door die karaktertrek zo aangetrokken tot het oplossings- gerichte werken. Want door zo te werken hoef ik die vermoeiende gewoonte minder te volgen: ik mag erop vertrouwen dat het goed komt en hoef het allemaal niet te weten en te begrijpen. Maar soms zijn er momenten dat dit me echt niet lukt. Dan wil ik het begrijpen en worstel ik met mijn onvermogen er de vinger achter te krijgen. Met een hoofd vol gedachten en een hart vol heftige gevoelens.
Zo ook vandaag. Jij, mijn 28-jarige zoon met ASS, bent net weer weggewervelwind na een heftige confrontatie. Mij achterlatend in opperste vertwijfeling, waarin alle door mij zo gepassioneerd uitgedragen principes van oplossingsgericht, positief denken en zoeken naar bruikbare hulpbronnen (en daar dan meer van doen) ver te zoeken zijn.
De opmaat naar dit moment begon vanmorgen, toen je me sms’te dat je je pinpas kwijt was. ‘Gestolen,’ schrijf je. Paniek. Na enig heen en weer praten door de telefoon, lukt het me je bozige toon te duiden: die is niet tegen mij persoonlijk gericht, maar komt voort uit je stress. Het wordt me ook duidelijk dat je die pas in de pinautomaat hebt laten zitten doordat je afgeleid werd door je mobiel. ‘Gelukkig, dan kan-ie in ieder geval niet worden misbruikt,’ hoor ik mezelf zeggen. Maar het kan je niet kalmeren.
Je komt naar me toe op kantoor en je bent helemaal in de war. Ik prijs je voor je goede idee meteen contact te zoeken en we bellen samen de bank. De mevrouw die ons te woord staat, is gelukkig heel begripvol en je kalmeert enigszins. Je pas wordt geblokkeerd en je kunt een nieuwe aanvragen. Daarvoor moet je naar de bank. Weer word je hevig gestresst. ‘Dat heb ik al gedaan, maar mijn id-kaart is verlopen, dus dat lukt niet!’ schreeuw je. ‘Hoezo?’ vraag ik. ‘Ik heb je toch geld gegeven om die te vernieuwen?’ Mijn vraag maakt je opnieuw woest. ‘Ja, dat weet ik wel. Maar dat was vorig jaar. Ik heb toen iets anders gedaan met dat geld.’
Ik wil weten wat er met dat geld gebeurd is en kan mijn woorden nog net inslikken. Boosheid en gevoelens van opkomende wanhoop strijden in mij met elkaar.
Je hebt het talent jezelf in de nesten te werken. Uit ervaring weet ik dat je er zelf niet meer uitkomt als je eenmaal in een kringetje bent beland van problemen die in elkaar haken en elkaar versterken. En dat dan al je onmacht en frustratie zich op mij richten. Op wie anders immers? Je leventje is klein. Je driekamerflatje is je hele leven en vaak doe je ’s morgens niet eens de gordijnen open. Vrienden zijn er nauwelijks meer, op die paar na die je gebruiken als ze een gratis maaltijd of bed nodig hebben.
Ik voel jouw frustratie over die zo ingewikkelde maatschappij, waar jij maar geen grip op krijgt. Mijn hart voelt jouw pijn én de mijne.
Je redeneert in cirkels en je problemen groeien in je hoofd met de seconde. ‘Hoe moet ik nu boodschappen halen? Ik heb geen eten meer in huis,’ schreeuw je wanhopig. Alsof ik het ooit zover heb laten komen dat jij honger hebt. Maar met dat soort relativeringen kun je niets in zo’n moment van stress. Ik laat je razen, weet dat niets anders nu zal helpen. Ik zou je willen vasthouden, troosten, maar dat kan niet, weet ik allang. Je zou alleen nog gefrustreerder raken. Ik wacht tot je bent uitgeraasd, moe en bezweet.
Het is vrijdagmiddag. Bewindvoering en begeleiding zijn niet meer bereikbaar. Ik zet mijn computer uit. ‘Kom maar, dan gaan we samen boodschappen doen. Daarna gaan we kijken of we nog op het gemeentehuis terecht kunnen.’ Boos kijk je me aan. Je voelt je falen diep.
En ook ik voel mijn falen, jammerlijk. Ik heb het niet voor elkaar gekregen dat je zelf een oplossing bedenkt. Ik heb voor de ‘makkelijkste’ weg gekozen.
‘Nee,’ zeg je bozig, ‘dat kan nu niet. Ik heb andere plannen.’
Ik sputter nog wat tegen. Zeg dat dit wel snel opgelost moet worden. Maar ik weet dat ook dat niet helpt. Zo’n last-minute-change-of-plans is onmogelijk voor jou. We zullen het zorgvuldig moeten inplannen.
Je trekt je jas aan en briest nog na terwijl je de deur uit loopt. Zonder oplossingen, zonder eten in je koelkast. Voor nu.
Geplaatst op 8 mei 2017
Bekijk hier het complete blogoverzicht