Marcel Schmeier

Krijtbord

Het schrijven op een krijtbord heeft iets magisch. Het witte krijtje dat een dun laagje poeder achterlaat op het ruwe, groene oppervlak. Langzaam wordt de kennis in het hoofd van de leerkracht zichtbaar voor de leerlingen. Blokjes kennis die ze nodig hebben om aan hun toekomst te bouwen. In vroeger tijden hadden de leerlingen hun eigen kleine krijtbordje, waarop ze het bordwerk overnamen.

De uitvinding van het schoolbord was een revolutie in het onderwijs. Tot dat moment was er geen mogelijkheid om instructie aan de hele klas te geven en ideeën en kennis effectief te delen en te visualiseren. De Amerikaanse arts Osiah Bumstead schreef in 1841: ‘De uitvinder van dit systeem verdient het om gerekend te worden tot een van de grootste bijdragers aan het leren en de wetenschap.’
Wie de uitvinder van het schoolbord was? De Schot James Pillans! Het schijnt dat deze onderwijshervormer het eerste bord samenstelde van de leitjes van zijn leerlingen. Hij tekende hierop met gekleurd krijt de kaart van Schotland met bergen, rivieren en plaatsen. Het eerste bordwerk was geboren. Pillan schreef in zijn memoires: ‘Alle leerlingen kijken nu naar het grote schoolbord in plaats van ieder naar zijn eigen leitje.’ Gezamenlijkheid als onderwijsvernieuwing.

Het schoolbord is vanwege zijn grote waarde lange tijd wettelijk verplicht geweest in Nederlandse klaslokalen. Toen ik op Twitter de Onderwijsinspectie vroeg of dit nog steeds zo is, kreeg ik het antwoord dat dit niet meer het geval is, maar dat een schoolbord wel helpt om structuur aan te brengen. Een bord brengt structuur aan in de klas, maar ook in de leerstof.

De eerste krijtborden waren zwart en glimmend, maar in de jaren 1960 werden ze vervangen door groene glasborden die niet schitterden en waarop het krijt beter zichtbaar was. Ook konden deze nieuwe borden in hoogte worden versteld en werd het formaat een stuk groter, meestal zo groot als de hele muur van het klaslokaal.

Mijn meester had vroeger een krijtbord met twee zijborden die je dicht kon klappen. Op die zijborden stonden hokjes en lijnen voor de reken- en taallessen. Bij het verloten van de kerstboom schreef hij achterop een van de zijborden een getal dat wij moesten raden. Ook maakte hij mooie bordtekeningen met Sinterklaas of Kerst. Met de diaprojector projecteerde hij een plaatje op het bord dat hij zorgvuldig overtrok en inkleurde.
Als ik klassendienst had, mocht ik het bord met een natte spons schoonmaken, met lange banen van links naar rechts, zodat er bij het opdrogen hulplijnen ontstonden die de meester gebruikte om recht te schrijven. De veger klopte ik buiten uit met een liniaal, met mijn rug in de wind, zodat het stof niet in mijn gezicht waaide.

Deze herinneringen kwamen bij mij boven, toen ik op een vrijeschool nascholing verzorgde voor leerkrachten. Als klein jongetje kreeg ik zelf les, nu onderwijs ik de onderwijzers. Op de vrijeschool zijn er geen digiborden en schrijven leerkrachten op hun krijtbord. Uit een kast werd voor mij een beamer gehaald, die ik liet projecteren op de witte muur. De leerkrachten schreven mee op papier, net zoals hun leerlingen het bordwerk overnemen.
‘Het is belangrijk dat het bordwerk langzaam verschijnt, beetje bij beetje, dan onthouden kinderen beter wat je uitlegt’, vertelde een leerkracht mij. Ik zocht in publicaties en vond wetenschappelijke onderbouwing voor de ‘onderwijsheid’ van deze leerkracht. Niet klikken, maar schrijven; niet snel de leerlingen door de les heen loodsen, maar hen langzaam in de leerstof ‘trekken’.

Het is goed dat er nu digiborden zijn, de meerwaarde is duidelijk. Maar het is jammer dat met de krijtborden enkele zaken vrijwel zijn verdwenen: het langzaam verschijnen van de leerstof, de rust van het groene oppervlak, de aantekeningen die blijven staan en de grootte van het bord waardoor ook achterin iedereen kan zien wat erop staat.

Heb jij nog een krijtbord in je klas of school? Of heb jij mooi bordwerk, digitaal of met krijt? Mail me een foto. We plaatsen de mooiste bijdragen onder dit blog.

 

 Geplaatst op 29 mei 2018

Bron: Catelijne Walet

 

Bron: Stichting Schriftontwikkeling

 

Bron: Eveline Reedeker

 

Bekijk hier het complete blogoverzicht

 

Winkelwagen
Scroll naar boven