De kinderen zijn de toekomst. Geen mens die het daar niet mee eens is. Wat is het dan vreemd dat ons huidige kabinet zo weinig overheeft voor goed onderwijs aan de jongste generatie. Dat zien we onder andere aan de salariëring. Hoe kan het dat er nog steeds een verschil gemaakt wordt tussen leraren in het basis- en voortgezet onderwijs? Alsof het leraarsvak minder voorstelt als je lesgeeft aan jongere kinderen. Alsof dat wat een leraar in het basisonderwijs dagelijks aan kinderen meegeeft, minder belangrijk is dan in het voortgezet onderwijs. Onder andere daarom gingen veel basisscholen dit najaar dicht en staakte een groot aantal leraren. Het ging hen niet alleen om een beter salaris, maar vooral ook om vermindering van werkdruk. Leraren in groep 1 tot en met 8 willen meer handen in de klas en verkleining van klassen om alle kinderen goed en passend onderwijs te kunnen bieden.
Als schoolbegeleider heb ik de afgelopen jaren heel veel basisscholen bezocht. Jaarlijks zie ik tientallen leraren in hun klas in actie. De afgelopen drie maanden waren dat veel jonge leraren: startende leraren en leraren die nog geen vijf jaar voor de klas staan. Wat een energie krijg ik van deze mensen. Vol passie en enthousiasme zie ik hen lesgeven. Gretig zijn ze in het leren van nieuwe dingen en het vergroten van hun vaardigheden. En wat zijn er veel talenten onder hen! Leraren van wie je als begeleider tijdens een observatie zit te smullen. Leraren bij wie ik een hele groep kinderen betrokken en gemotiveerd zie leren.
Helaas zie ik ook dat deze jonge leraren een hoge werkdruk ervaren. Ze maken lange dagen en hebben vaak het gevoel nooit klaar te zijn. Ik hoor sommigen twijfelen en zich afvragen of ze wel in het onderwijs willen blijven. Juist de meest talentvollen zie ik lonken naar ander werk. Ik zou hen graag vast willen ketenen aan het basisonderwijs, want we hebben hen zo hard nodig! De kinderen hebben hen nodig! Dit zijn de leraren van de toekomst, die wij enthousiast moeten zien te houden. Die wij ook over tien jaar nog steeds vol energie willen zien genieten van hun vak.
Er dreigt een ernstig tekort aan leraren, dus de politiek kan het zich niet veroorloven om niet te luisteren. Niet alleen de startende, ook de ervaren leraren zijn hard nodig. Daarnaast zijn er veel jongeren nodig die voor dit geweldige vak gaan kiezen. De kinderen van nu bijvoorbeeld; die willen wij over tien of vijftien jaar op de pabo’s zien.
Wat is er naast een beter salaris en minder werkdruk nodig om het mooie vak van juf of meester weer populair te maken? Misschien kunnen we iets leren van Finland. Daar staat het beroep van leraar in aanzien gelijk aan dat van artsen en verpleegkundigen. Leraren worden er als zeer belangrijk gezien, juist door de regering. Ze worden gewaardeerd, omdat ze een essentieel onderdeel zijn van de toekomst van het land. Daarbij komt dat het hele onderwijssysteem in Finland is gebouwd op vertrouwen; vertrouwen in de kwaliteit die alle leraren bieden. Het eigenaarschap ligt dan ook bij de scholen en de leraren zelf. Er is bijvoorbeeld geen onderwijsinspectie zoals wij die kennen en geen landelijk systeem van toetsing. Bij mij groeit het gevoel dat in ons onderwijssysteem in de laatste decennia steeds meer controle van bovenaf wordt uitgeoefend. Controle geeft al snel een gevoel van wantrouwen en dat verhoogt de werkdruk. Natuurlijk zijn ook de Finse leraren druk, maar zij hebben veel meer vrijheid in het vormgeven van het onderwijs.
Bij de start van 2018 laat ik een fictieve wensballon op met de wens dat leraren in het basisonderwijs krijgen wat zij verdienen. Ik hoop ook dat we binnen enkele jaren misschien wel een overschot aan leraren hebben, omdat zoveel jonge mensen ervan dromen om juf of meester te worden. Jongeren die een belangrijke bijdrage willen leveren aan de ontwikkeling van kinderen en aan de toekomst van ons land.
Geplaatst 9 januari 2018
Bekijk hier het complete blogoverzicht