De zomervakantie is voor de regio’s Noord en Zuid helaas alweer voorbij, Midden mag nog even relaxen. Al is ‘relaxen’ in deze vreemde coronatijd wel een beetje anders dan voorheen, zoals velen met mij zullen hebben ervaren. Je bent toch steeds alert op het afstand houden en of het virus zich wel of niet verspreidt in de regio waar jij op dat moment verblijft. Er zijn grote verschillen in hoe landen omgaan met het terugdringen van het virus. Zo was ik zelf in Tirol deze zomer, waar het leek alsof er nooit corona geweest is. Maar gingen wij een wandeling maken in een Duits gebied tien kilometer verderop, dan had je pech als je je mondkapje vergeten was, want je kwam geen lift, winkel of restaurant in. Net alsof de COVID-19 virusdeeltjes stoppen bij een landsgrens. Ja, was dat maar waar!
In het onderwijs hebben wij ook verschillen gezien in hoe scholen vorm hebben gegeven aan het afstandsonderwijs en ook aan het gefaseerd weer opengaan. Zelfs binnen één school waren er grote verschillen in het afstandsonderwijs. Sommige leraren hadden dagelijks individueel contact met hun leerlingen en verzorgden iedere dag videolessen. Anderen hadden één keer per week contact met hun leerlingen of soms minder. Op Twitter zag je al na twee dagen mooie voorbeelden langskomen van kwaliteitskaarten voor het bieden van onderwijs op afstand. Maar het is ook begrijpelijk dat het voor veel scholen onmogelijk was om in zo’n korte tijd een eenduidige schoolbrede aanpak te ontwikkelen die zowel het digitale lesaanbod als de frequentie en kwaliteit van contactmomenten waarborgde. En onderwijzen blijft, net als alle beroepen waar persoonlijk contact en relatie zo’n grote rol spelen, een vak waar een grote mate van vrijheid en eigen verantwoordelijkheid van de leraar geldt. En dat is maar goed ook.
Iedere leraar heeft zijn eigen persoonlijke stijl van lesgeven en het bouwen aan de relatie met leerlingen. Door het onderwijs op afstand zijn verschillen wel meer zichtbaar geworden. Men kon toch wat gemakkelijker ‘bij elkaar in de keuken kijken’. Collega’s konden elkaars digitale lessen zien en er werden lessen gezamenlijk gemaakt en uitgewisseld. Maar ook ouders konden meekijken en kregen de kans om een beter beeld te krijgen van het onderwijs aan hun kinderen. Dit is uniek, want wanneer zien ouders normaliter hoe de leraar dagelijks lesgeeft en interacteert met de groep en met hun kind?
Veel gehoord is dat ouders meer begrip en waardering hebben gekregen voor de leraren en voor hoe de school alles heeft georganiseerd en geregeld. Van meerdere scholen heb ik gehoord dat zij met een groep ouders veel beter contact hebben gekregen dan zij daarvoor hadden. Andersom geven ook leraren aan meer begrip voor ouders en een beter inzicht in de thuissituatie van sommige leerlingen te hebben gekregen. Door het videobellen kregen zij soms informatie die zij anders niet gekregen hadden over de leefsituatie van de leerlingen.
Meerdere leraren vertelden mij dat zij een positievere relatie met sommige leerlingen hebben opgebouwd, en dat een deel van de leerlingen ook beter is gaan presteren tijdens het thuisonderwijs. De persoonlijke videobelmomenten gedurende de week zorgden ervoor dat zij meer rust en tijd hadden om echt even wat uitgebreider met leerlingen te praten. Niet alleen over koetjes en kalfjes, maar juist ook over welbevinden en het leerproces van de leerling. Gesprekken die er in de dagelijkse praktijk vaak bij in schieten door gebrek aan tijd. Terwijl die juist zo belangrijk zijn bij het opbouwen van een relatie en het goed kunnen afstemmen op de basisbehoeften van elke leerling.
‘Zonder relatie geen prestatie!’ Professor Luc Stevens leerde ons jaren geleden al vanuit de self-determination theory van Deci en Ryan (1985-2000): ‘Wanneer voldoende is voldaan aan de basisbehoefte aan relatie, competentie en autonomie is er welbevinden, motivatie, inzet en zin in leren.’
Ik hoop echt dat de scholen nooit meer gesloten zullen worden. Want als er iets is wat deze periode ons geleerd heeft is dat er niets gaat boven gewoon ‘live’ contact met de meester, juf, klasgenoten en ouders. Maar ik hoop ook dat de positieve effecten die scholen soms hebben ervaren gaan bijdragen aan het verbeteren van het onderwijs. Doe meer van wat werkt! Het is niet waarschijnlijk dat scholen blijven videobellen met leerlingen en een camera ophangen zodat ouders mee kunnen kijken tijdens de lessen, maar wat doen scholen wel om de positieve effecten bij ouders en leerlingen vast te houden en misschien nog verder uit te bouwen?
Ik hoop dat ook hiervoor mooie voorbeelden van kwaliteitskaarten op Twitter zullen verschijnen dit het najaar.
Geplaatst 25 augustus 2020
Monique Baard publiceerde een aantal boeken bij Uitgeverij Pica, waaronder: